Een aangebrachte nok (aansluitpunt) in de uitlaatgassenleiding waar de meetprobe later in komt. Een aangebrachte nok (aansluitpunt) in de uitlaatgassenleiding waar de meetprobe later in komt.

Afgelopen september heeft Damen Schelde Naval Shipbuilding met een uitgebreid programma van metingen aan boord onderzocht of de maatregelen voor verbetering van de ventilatiesystemen op Zr.Ms. Karel Doorman effectief zijn gebleken.

In 2014 werd ontdekt dat er rookgasdeeltjes zaten in de verse lucht die de ventilatiesystemen rondbliezen aan boord van het Joint Support Ship.
Het euvel, dat een gezondheidsrisico opleverde voor de bemanning van het grootste schip van de Koninklijke Marine, is vervolgens aangepakt door de ventilatie-innamepunten verder weg van de schoorstenen te positioneren met behulp van kunststof kokers.

Ook werd het ventilatiesysteem in 2019 omschakelbaar gemaakt, wat wil zeggen dat, afhankelijk van de windrichting, de rook uit de schoorstenen voortaan altijd van de ventilatie-innamepunten af werd geblazen.
Voor het verplaatsen van die innamepunten ontwikkelde Damen Schelde Naval Shipbuilding een speciale computersimulatie. Daarin werd zeer nauwkeurig berekend, hoe de pluim van rookgassen uit de schoorstenen zich verspreidde bij een bepaalde hoek en snelheid van de wind.

In september jl. is aan boord van het Joint Support Ship door een team van DSNS een uitgebreide ‘rookgasvalidatiemeting’ uitgevoerd om vast te kunnen stellen of de uit de computersimulatie voortvloeiende maatregelen gewerkt hebben. DSNS heeft buiten gemeten, tegelijkertijd heeft de Koninklijke Marine zelf metingen in het schip gedaan.

Computersimulatie van Zr.Ms. Karel Doorman, waarop de uitstoot van rookgassen uit de schoorstenen is te zien bij een bepaalde windrichting. Computersimulatie van Zr.Ms. Karel Doorman, waarop de uitstoot van rookgassen uit de schoorstenen is te zien bij een bepaalde windrichting.

“We hebben met behulp van sensoren op allerlei plekken op Zr.Ms. Karel Doorman de concentraties rookgas gemeten bij diverse windsnelheden vanuit diverse richtingen en bij verschillende dieselconfiguraties”, vertelt Project Director Arjan Risseeuw. “Er werden ten behoeve van het onderzoek zelfs ‘snuffelaars’ geplaatst in het dieseluitlaatkanaal. Met de uitkomst van de metingen konden we uiteindelijk vaststellen of de ‘rookgaspluim’ die de computersimulatie had berekend overeenkwam met de daadwerkelijk gemeten rookgasconcentraties op een aantal plekken op het schip.”
Met andere woorden: het onderzoek wees uit of de aanpak van het rookgaseuvel in de ventilatiesystemen afdoende was geweest èn of het model goed voorspelt.

Terugkijkend op het onderzoek, vertelt Arjan: “Wat betreft de rookgassen in het schip zijn er nog wat verfijningen nodig in de windmeetinstallatie om op het juiste moment te schakelen, DMO is hiervoor een onderzoek gestart. Wat betreft de validatie van het model zijn resultaten eind dit jaar te verwachten.”
De resultaten van de validatiemetingen zullen vervolgens worden verwerkt in een computermodel, dat ook bij de aanleg van ventilatiesystemen op nieuw te bouwen schepen van DSNS kan worden toegepast, vertelt de Project Director. Te denken valt bijvoorbeeld aan de opvolgers van de Multipurpose fregatten.