Samen sterk: hoe de OR bij DSV werkt aan een toekomstbestendige organisatie

Een Ondernemingsraad (OR) vertegenwoordigt alle medewerkers van een bedrijf. Eerder dit jaar vonden bij Damen Shiprepair Vlissingen (DSV) de verkiezingen voor de nieuwe OR plaats. Net als vorige keer is het volledige proces transparant en onafhankelijk georganiseerd door Wie kies jij, waardoor de verkiezingen opnieuw soepel en zorgvuldig verliepen. Inmiddels is er weer een OR van zeven leden gevormd: Ad Peters, Tony de Graaf, Raymond Roos, Laurens Bodrij, Valter Pereira, Tonci Bozic en Djordje Kostic. Naast een aantal vaste wettelijke taken, zijn signalen en vragen vanuit DSV een belangrijk onderdeel van de agenda van de OR van DSV. In dit interview vertelt OR-voorzitter Djordje Kostic meer over de aandachtspunten uit de vorige periode én de speerpunten voor de komende periode.

Hoe was de vorige OR-termijn voor jou als OR-voorzitter?
Het was een levendige en leerzame periode, vooral omdat de vorige OR een goede mix had van collega’s van verschillende afdelingen. Iedereen bracht zijn eigen perspectief mee, wat soms veel waarde toevoegde, maar op andere momenten het besluitvormingsproces juist ingewikkelder maakte. We hadden regelmatig stevige discussies, die ik over het algemeen zag als een gezond en democratisch onderdeel van ons werk. Af en toe was een stemming nodig om tot een besluit te komen.
Je moet bereid zijn je goed te verdiepen in de onderwerpen en actief bij te dragen, zodat je een volwaardige gesprekspartner kunt zijn namens je achterban. Dat blijft voor mij een belangrijk punt om te benadrukken.

Aan welke onderwerpen heeft de OR de afgelopen periode gewerkt?
Een belangrijk dossier was de invoering van een beoordelingsmatrix voor kennis en kunde, een voorstel van het MT. Omdat hiervoor instemming van de OR nodig was, hebben we dit grondig bekeken. Naast onze eigen analyse hebben we het ook laten toetsen door een externe jurist. De matrix is inmiddels in gebruik.
Daarnaast hebben we ons uitgesproken over allerlei thema’s, zoals investeringen, diverse procedures, maatregelen om het bedrijf aantrekkelijker te maken op de arbeidsmarkt, de voortgang van lopende projecten en zelfs voorstellen rondom dresscode. Kortom, we hebben ons breed ingezet op onderwerpen die invloed hebben op zowel medewerkers als organisatie.

En nu is er een nieuwe OR. Hoe zijn de rollen verdeeld?
Ik ben nog steeds voorzitter, al is dat pas officieel geworden na de eerste vergadering met de nieuwgekozen OR. Omdat ik het enige lid was dat is herkozen, hebben we tijdens die eerste bijeenkomst de rollen opnieuw verdeeld. De OR heeft unaniem besloten dat ik de voorzittersrol voortzet, en collega Ad Peters heeft de taak van secretaris op zich genomen.

Aan welke onderwerpen wil je in de toekomst werken?
In de komende periode wil ik me vooral richten op de verdere ontwikkeling van de OR zelf: het vergroten van het besef waarom de OR belangrijk is, wat onze rol precies inhoudt en hoe we als team sterker kunnen worden.
Daarnaast blijf ik het belangrijk vinden om onze bestuurder te laten zien dat de OR een waardevolle en betrokken partner is bij het goed laten functioneren van het bedrijf. Ook wil ik aandacht blijven houden voor kritische signalen uit de organisatie. In ieder bedrijf komen die voor, en collega’s moeten weten dat ze bij de OR terecht kunnen met hun zorgen of vragen. Mijn doel is dat we die input serieus nemen en, waar mogelijk, oplossingen vinden — of dat nu binnen de OR zelf is of samen met de bestuurder. Aangezien de nieuwe OR-samenstelling voornamelijk uit productie komt, blijft het voor mij een zeer belangrijke taak om goed contact te houden met onze zogenoemde kantoor medewerkers.

In het algemeen, waarom heeft een bedrijf een goed functionerende OR nodig? En waarom is het belangrijk voor de medewerkers?
Ik zeg vaak: ‘Een goede bestuurder luistert altijd naar een goede OR.’ En dat blijkt in de praktijk ook echt zo te zijn. In de afgelopen periode heb ik gemerkt dat onze bestuurder altijd bereid was om het gesprek aan te gaan; niet alleen bij formele vragen, maar ook wanneer we het inhoudelijk stevig oneens waren. Dat open contact is cruciaal.
Natuurlijk houdt iedere goede bestuurder rekening met medewerkers, maar sommige punten worden onbewust over het hoofd gezien: generatieverschillen, digitalisering en de uitdagingen voor collega’s die minder vertrouwd zijn met nieuwe technologie. Jongere medewerkers bewegen vanzelf mee, terwijl de ervaring van oudere collega’s waardevol blijft. Het is goed dat onze organisatie hierin investeert en de OR daarbij een gelijkwaardige partner is.
Een sterke OR volgt ontwikkelingen kritisch en kijkt vooruit in een snel veranderende markt. Terwijl we werken aan steeds complexere projecten, bewaakt de OR de impact op medewerkers. Zo blijft er aandacht voor werkdruk, multidisciplinaire taken en een gezonde, toekomstbestendige organisatie.

Tot slot, wat vind jij het belangrijkste in de rol van OR?
Ik geloof dat medezeggenschap werkt wanneer we open, eerlijk en betrokken blijven, zowel richting bestuurder als collega’s. Een OR hoort midden in de organisatie te staan: kritisch, verantwoordelijk en gericht op een gezonde, veilige en toekomstbestendige werkomgeving. Ik sta voor een benaderbare OR die luistert, vragen durft te stellen en er vóór medewerkers is. Samen met mijn collega’s zet ik me in voor transparante samenwerking met de directie en besluiten die recht doen aan ieders belangen.

Tekst: Tom Scott